Mijn eerste werkstuk in COVID-19 tijd. Deel 1

Van aankoop tot knippen van de stof

Je hebt ineens meer tijd, omdat je veel thuis bent door deze coronacrisis. Maar je hebt geen professionele hulp bij de hand. Je wil graag kleertjes maken voor je kinderen en misschien ook wel voor jezelf. Maar nu? Cursuskledingnaaien gaat je op weg helpen!

Hier volgen een aantal voorbereidende tips voor je eerste werkstuk.

Een goede voorbereiding is het halve werk!

Wat wordt je eerste werkstuk?

• Kies een eenvoudig werkstuk die in de werkbladen aangegeven staat met 1 of 1.5 stip.

• Belangrijk is dat het werkstuk zo weinig mogelijk details in zich heeft. Geen zakken, kragen, sluitingen zoals rits, knoopsgaten en drukkers. Voor kinderen is een broekje met elastiek een mooi eerst werkstukje. Als je op de les zit bij Cursuskledingnaaien, is dit ook je eerste werkstuk als je voor kinderen gaat naaien.

• Lees in de beschrijving wat je zoal nodig hebt aan materialen naast de hoeveelheid stof. Bijvoorbeeld vlieseline, elastiek, garen, enz. Neem deze dingen mee in je aankopen. Voor handige fournituren om aan te schaffen zie ook mijn blog over handige fournituren.
• In dit voorbeeld ga ik met jullie aan de slag voor het maken van een kinderbroekje, maar de tekst is ook grotendeels toe te passen op een eenvoudige rok met elastiek voor volwassenen.

Welke stof kies je voor je eerste werkstuk

• De stofkeuze is erg belangrijk voor je eerste werkstuk! Voor het kinderbroekje is het fijn als er wat rek in de stof zit voor draagcomfort. Een wat stevige tricot of joggingstof is een fijne stof om mee te werken. Een tricot is een rekbare stof die als een breisel geweven is (waar ook je T-shirt van is gemaakt). De bekende joggingstof is ook een breisel die je kent van de joggingbroeken.
• De stof het liefst met een flink aandeel katoen in de samenstelling. Dus let op de samenstelling bij aanschaf! Katoen draagt fijn voor kinderen. Is goed wasbaar en is fijn naaien als je weinig ervaring hebt. Zie ook mijn blog over informatie van stoffenkennis.
• Er zijn veel stoffen die aan de randen gaan krullen. Vaak zit hier een flink aandeel synthetisch materiaal in, wat maakt dat het naaien hiervan een stuk lastiger wordt. Niet kopen dus!

De stof is gekocht en dan?

 Patroondelen overnemen op patroonpapier

• Lees rustig de beschrijving en start met patronen overnemen
• Neem alle tekens over op je papier.
• Vergeet vooral niet de streepjes, recht van draadlijnen van de tekening over te nemen. Deze zijn belangrijk als je straks je broekje in elkaar gaat naaien.

Het stofleggen

• Strijk eventueel de stof, om de stof mooi glad te krijgen.
• Lees en kijk hoe de stoflegging op de tekening is gelegd.  Probeer dat zo zorgvuldig mogelijk te doen.
• Let op recht van draad lijnen op de tekening. Deze lijnen moeten parallel lopen met de zelfkanten van de stof. Meet dit na met een meetlat.  

Knippen van de stof

• Knip de delen zo zorgvuldig mogelijk uit met je stofschaar.
• Houd de aangegeven naadwaardes aan. Voor een kinderbroekje kan je volstaan met      1 cm voor de zijkanten en de bovenkant. Voor de zoom reken je 2 a 3 cm.
• Om precies te kunnen knippen, markeer je de naadwaardes met een textielpen of textielkrijt aan de hand van een klein meetlatje. Het zogenaamde zoommaatje.
• Markeer ook de naadlijnen met een textielpen of textielkrijt.

In mijn volgende blog van cursuskledingnaaien lees je hoe je deze weg vervolgt naar het leren omgaan met de naaimachine en vervolgens hoe naai ik het broekje in elkaar.

Veel plezier met deze nieuwe uitdaging in coronatijdperk

Lees meer in mijn blog

 Mieke